Even oud als Pukkelpop zijn ze, het in 1984 opgerichte The Offspring kon dus niet ontbreken op de MainStage van het festival. De heren zijn best wel wat jaren ouder geworden en dat valt ook te zien aan de snelheid waarmee ze zich over het podium voort bewegen. Misschien zou hun styling ook wat met hun jaren mee mogen evolueren. Het doet echter niet af aan het enthousiasme waarmee de band zich op het publiek werpt. “You’re Gonna Go Far Kid” opent de set en wordt door de PA vakkundig om zeep geholpen doordat dan weer de muziek en dan weer de stem van Dexter Holland niet tot bij het publiek komt, een tegenvaller voor een verder fantastisch nummer en een zeer geslaagd optreden.
Met “you gotta keep ‘em separated” wordt de eerste hit en tevens ook de eerste moshpit ingezet. Zeker het herkenbare gitaarrifje zorgt bij het publiek voor het nodige enthousiasme. Af en toe wordt de set rommelig, maar vergeven we de heren met veel plezier. Zoals elke andere band wordt er wel eens een noot gemist, in “Bad Habbit” eentje meer als minder, en de set verslapt wat naar de helft toe. De vier overvliegende vliegtuigjes namen de aandacht van het publiek even weg, maar de heren van The Offspring weten de orde snel te herstellen met het beginnen van een batterij aan monsterhits, die tevens een spetterende finale inluidde. Na “Americana” en “I want you” krijgen we achtereenvolgens het uber-nostalgische en massaal meegezongen “Pretty fly (for a white guy)”, “The kids aren’t allright” en monsterhit “Self esteem”. Die hits alleen al maken duidelijk waarom The Offspring absoluut op deze affiche moest staan, ook al beginnen de jaren wat te wegen op de heren.