Na jaren bij Geppetto & The Whales gaat Nikas alleen verder als songschrijver. Dromerige arrangementen en een verwonderd stemgeluid zetten de toon voor ‘Anything’, een eerste verzameling nummers die vandaag het levenslicht zien. Het album komt uit op Pret Records en omsluit muziek voor fans van Wilco, Beck, Nick Drake and Mac DeMarco.

Opener van het album ‘Money’ vormt Nikas’ meest pessimistische kijk op het werkleven. “Ik schreef dit nummer tijdens mijn eerste job als interimmer. Het systeem waar ik instapte maakte een grote indruk op mij. Geld betekent macht, en macht bepaalt je plaats in de samenleving. Zo kwam de wereld voor mij over en ik voelde me plots heel klein. Macht leek ook iets verslavends. Dus voor de tekst – die het beeld schetst van iemand die zijn roes uitslaapt – heb ik me laten inspireren door boeken, films en liedjes over verslaving. Onder andere door ‘A Million Little Pieces’ van James Frey, ‘Beautiful Boy’ van Felix Van Groeningen en ‘Jesus Alone’ van Nick Cave. Het strijkersarrangement is een knipoog naar Beck’s ‘Paper Tiger’. Ik kreeg de hulp van mijn vrienden Carlo en Ricardo (Van Nispen) op drums en gitaar.”

Sophia’ is dan weer een regelrecht liefdeslied. “Ik schreef het voor mijn vrouw toen ik haar voor het eerst ontmoette. Het is de godin van de wijsheid, zij die je leert vertrouwen op je eigen intuïtie. De zin "love leaps upon its course" komt uit een gedicht van W.B. Yeats. Ik vond dat een treffend beeld van hoe onze relatie is begonnen. Bij gebrek aan een passend arrangement werd de originele tekst enkele jaren opzij gelegd. Pas toen Tobie (Speleman) mij een dromerig gitaarloopje geïnspireerd op Wilco's 'Impossible Germany' stuurde, viel het nummer in zijn plooi. Dus ik verhoogde de loop naar mijn stembereik, voegde wat strijkers en mellotron toe, dubbelde de gitaren en nam de zang op. Zo kreeg ‘Sophia’ zijn definitieve vorm.”

Millipede’ is de eerste single die Nikas naar voren schoof in aanloop van zijn debuut en schreef hij tijdens zijn herstel van een kleine, medische ingreep. “Vanuit de zetel zong ik mee met instrumentale ideeën op mijn smartphone. Een kort pianoloopje met bas en backings van Tobie (Speleman) deed me denken aan een tekst die ik eerder had geschreven over een misgelopen vriendschap, over de vraag of dat ooit terug goed zou komen. Dit nummer heeft me daarbij geholpen en ik hoop dat het ook iets kan betekenen voor anderen. De basis werd opgenomen tijdens één van de laatste Geppetto & The Whales sessies, met Frankie Fame op synths. Het arrangement en de zang werkte ik later af op m’n eentje. Ik ben erg dankbaar dat dit nummer een plaats krijgt op m’n eerste album.”

Anything pt. I’ is de focus track van het album en is een lied over de verblindende kracht van liefde, over van iemand houden met al diens gebreken. De zin “you can be anything you want” doelt op iemand die telkens opnieuw wegkomt met kwetsend gedrag. Het gaat over hoe mensen vast kunnen komen te zitten in een relatie, over hoe een ongezonde relatie zichzelf in stand houdt, en over hoe moeilijk het is om dat patroon te doorbreken. “Ik schreef dit nummer na een paar pijnlijke gebeurtenissen in het leven van iemand die me dierbaar is. Op een zondagochtend was ik doordrongen van het hele arrangement en dan heb ik het snel opgenomen. De tekst en de zangstijl zijn sterk geïnspireerd door Leonard Cohen, naar wie ik in die tijd veel luisterde. Zijn nummer ‘Famous Blue Raincoat’, geschreven als een brief aan iemand, heeft me aangemoedigd om iets soortgelijks te proberen op 'Anything pt. I'.”

Weekend’ speelt zich af tijdens een roadtrip. Het is dat moment waarop je er even tussenuit gaat en fijne herinneringen ophaalt – een thema dat ik leende van ‘De grote zon’ van Spinvis en ‘Kongee’ van Ed Kooijman. “Ik wilde de drums laten klinken als Paul Simon's ‘50 ways to leave your lover’ en de backing vocals kregen een Beach Boys-behandeling. Het is bedoeld als een zonnig en zorgeloos nummer dat de plaat wat ademruimte geeft.”

Queen of Hearts’ is het oudste nummer van de plaat. “Ik schreef het in 2013 in studio La Chapelle in Waimes tijdens de opnames van het album ‘Heads of Woe’ met Geppetto & The Whales. De gitaartokkel is gebaseerd op het nummer ‘Love is All’ van The Tallest Man On Earth. Toen ik twee jaar geleden begon met de opnames van ‘Anything’ vond ik een demoversie terug van dit nummer. Die demo werkte ik verder uit tot een instrumental met een uitgebreid arrangement. Tobie (Speleman) overtuigde me echter om het arrangement Blackbird-gewijs (The Beatles) terug uit te kleden en er een song van te maken. De uiteindelijke tekst schetst het beeld van de onbereikbare liefde, van de ‘Queen of Hearts’ die elke situatie naar haar hand weet te zetten.”

‘Grow’ ontstond in een moment van gelukzaligheid, ter ere van Nikas’ dochter Anna. “Zo'n twee jaar geleden kwam het nieuws dat ik vader werd. Ik was dankbaar en geïnspireerd. De herfst was net begonnen, er stonden een paar landschapsschilderijen van mijn grootvader in de kamer en dit liedje overkwam me. Ik nam de bas en gitaarpartijen op en behield de ruwe takes op de plaat. Later mocht ik een aantal zeer fijne mensen in de studio verwelkomen: Mathilde (Geysen) als backing vocal, Henri (Ardui) op blazers, Tobie (Speleman) op lap steel en piano, en Carlo (Van Nispen) op drums. Voor mij is dit het meest dierbare nummer van de plaat en ik deel het met veel plezier.”

22’ beschrijft de catch-22 van iemand die de leiding heeft, maar nooit een beslissing neemt en zo de mensen rondom hem blokkeert. “Dat is een frustrerende situatie waarin ik zelf lang heb gezeten. Het voelde bevrijdend om erover te schrijven. Het leek er ook het juiste jaar voor… De atypische drumbeat – met glans gespeeld door Carlo (Van Nispen) – is geïnspireerd op de speelstijl van drummer Steward Copeland van The Police. Tobie (Speleman) kleedde het arrangement verder aan met een drumcomputer en weelderige synths.”

Anything pt. II’ is een gesprek tussen twee personen. “Het hoofdpersonage voelt zich anders dan anderen en niet aanvaard om wie hij is. Het tweede personage verzekert hem dat hij perfect is zoals hij is. ‘You can be anything you want’ draagt hier dus een meer voor de hand liggende betekenis dan in ‘pt. I’. Dit nummer gaat over acceptatie en wederzijds respect. Het betekent niet het delen van dezelfde waarden, maar wel het aanvaarden van verschil. Alle mensen zijn verschillend en dat is oké. Met veel plezier nodigde ik voor dit nummer Mikko (Pablo) op cello, Mathilde (Geysen) en Bert (Aernouts) als backing vocals, Tobie (Speleman) op piano en Carlo (Van Nispen) op drums uit.”

PERS

  • "De zeemzoete klanken liggen makkelijk in het oor, en doen vooral dankzij de lead guitar bij momenten denken aan het tragere werk van Mac DeMarco. Samen met de andere instrumentatie klopt het plaatje volledig." - Dansende Beren
  • "Het voorzichtige, dromerige Millipede is een song die in de lijn ligt van een nummer als Faust, uit ‘Passages’ van zijn voormalige band, maar dan met nog fijnmazigere arrangementen." - daMusic
  • "Dromerige arrangementen en een warm stemgeluid." - Luminous Dash

Krijg het laatste FrontView Magazine nieuws in je Facebook nieuwsoverzicht:

Meer over